
“Als data scientist kom ik vaak met de droge feiten”, vertelt Nazir Refa van ElaadNL, het kennis- en innovatiecentrum van de gezamenlijke energiebedrijven in Nederland. De EVS 32 in Lyon van 19 tot 22 mei geldt als de belangrijkste internationale conferentie rond elektrisch rijden. Refa geeft er samen met collega’s twee presentaties waarin hij het gebruik van laadpalen en elektrische voertuigen door consumenten laat zien.
Refa houdt al jaren het laadgedrag van automobilisten met elektrische auto’s bij. Wat ooit begon als een hobby van een enkele liefhebber, beleeft nu de omslag naar de massamarkt. “De doorbraak van de elektrische auto gaat veel sneller komen dan we nu kunnen voorspellen. Heel veel nieuwe technologieën gaan sneller dan de scenario’s.”
Smart charging maakt de Energiewende mogelijk
Dat brengt volgens Refa veel uitdagingen mee voor netbeheerders: “De meeste mensen gaan tegelijk opladen. Als we niets zouden doen, dan zou dit een enorme druk kunnen leggen op het lokale elektriciteitsnet.”
Refa kijkt heel bewust naar de positieve kant van deze uitdaging. “Zeker in Duitsland zijn er veel zonnepanelen.” De manieren die nu bedacht worden om slim te laden, vormen een mooie aanvulling op een steeds decentraler elektriciteitsnet, zegt hij.” Met de e-auto als batterij heb je een heel belangrijke component om de energietransitie mogelijk te maken. Zo matchen duurzame energie en stekkerauto’s goed.”
Piekmomenten met de helft reduceren
De data-analist van ElaadNL kan uit zijn onderzoek opmaken hoe gebruikers slim laden en wat voor impact het heeft op het elektriciteitsnet. “We kunnen nu al piekmomenten met 50% reduceren. Dat maakt de research buitengewoon interessant voor bijvoorbeeld Duitsland. Wij hebben de relevante data, in Nederland gebeurt het al in de praktijk.”
Veel potentiële gebruikers vragen zich af of ze door smart charging zullen worden belemmerd in hun rijgedrag. “Dat is dus niet zo, je kunt blijven rijden zoals je gewend was. Mits er goed nagedacht is over de smart charging dienst”, zegt Refa. De Nederlandse data zegt tegelijk ook veel over de rest van Europa. “We hebben bijna overal hetzelfde mobiliteitspatroon. We rijden ‘s ochtends naar kantoor, hebben eventueel in de middag een afspraak en komen ‘s avonds thuis. Daarom is er veel internationale belangstelling voor onze rapporten.”
Belangstelling uit Duitsland
Refa overlegt inmiddels regelmatig met onderzoekers uit andere landen. Samen kijken naar lokale afwijkingen en van welke problemen iedereen last van heeft. “Tijdens de EVS 32 komen we ook bijeen, onder meer met onderzoekers van het Fraunhofer ISI Instituut.”
De data-onderzoeken van ElaadNL worden met belangstelling gevolgd door wetenschappers en overheden, ook uit Duitsland. “Nederland kent vrij grote regionale netbeheerders, in Duitsland hebben Stadtwerke meestal deze taak. Voor hen is het cruciaal om te weten hoe je je laadinfrastructuur dimensioneert. Wij beschikken over empirisch onderzoek.”
Het kennis- en innovatiecentrum vindt het belangrijk om de resultaten te delen, zegt Refa. “Open source en open innovatie hebben we hoog in het vaandel. Daarom publiceren we steeds meer in het Engels. Daarnaast stellen we via een open dataplatform relevante EV-datasets beschikbaar.”
Testen in Arnhem
Regelmatig bezoeken internationale delegaties het testplein bij het kantoor in Arnhem. “Dat is mooi, we hebben een van de grootste testopstellingen van Europa met meer dan 50 verschillende soorten laadpunten, inclusief een mini-elektriciteitsnet en zonnepanelen. Je krijgt hierdoor echt feeling met hoe het werkt.”
ElaadNL heeft ook het eerste publieke laadnetwerk met bijna 3.000 punten in Nederland gerealiseerd . Refa hield vanaf het begin bij welke strategie er achter het plaatsen van de palen zat. “Is de paal geplaatst door de gemeente of aangevraagd door een gebruiker? Met onze data kan je zien wat het beste werkt. Hele handige informatie voor steden die een netwerk willen aanleggen.”